'GIS/GEO-project helpt boeren met duurzaam landschapsbeheer'

Wouter de Groot, applicatie-ontwikkelaar GIS-GEO

Wouter de GrootEen databestand met (waarschijnlijk) alle 88 miljoen bomen van Nederland. Voor ons systeem te groot om in één keer te ontvangen, en enorm groot om in te lezen. Toch was dat slechts een van de vele bronbestanden die DICTU nodig had om alle landschapselementen (bijvoorbeeld bomenrijen, bosjes, houtwallen en slootkanten) van Nederland zichtbaar te maken in een applicatie. Die helpt boeren via duurzaam landschapsbeheer bij te dragen aan de biodiversiteit. Eén van de belangrijke opgaven van het ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit (LNV): de Nederlandse natuur behouden en versterken en de biodiversiteit behouden.  

De klus is inmiddels af, maar applicatieontwikkelaar Wouter de Groot van het GIS/GEO-team begon pakweg twee jaar eerder met dit enorme project in opdracht van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). 

'Agrariërs kunnen premies en subsidies aanvragen voor het beheer van landschapselementen die zij niet als landbouwgrond gebruiken. Het verzoek was om de applicatie zo gebruiksvriendelijk mogelijk voor de boeren te maken. Daarom werd besloten dat boeren niet zelf onder meer houtwallen, watertjes en onverharde schouwpaden hoeven te inventariseren, maar eenvoudig digitaal in een applicatie de elementen op hun grond kunnen aanvinken.'

Overload aan gegevens

Die eenvoud voor de eindgebruiker maakte het extra complex voor de verschillende collega’s bij DICTU. Zo vroeg één van de solution architecten GEO de precieze definities uit (hoe hoog moet een boom zijn om boom genoemd te worden?). En hield hij alle kaders en richtlijnen waaraan ICT-oplossingen moeten voldoen in de gaten (software van de plank of zelf programmeren en in welke taal). Ook beschreef hij de standaardisatie, koppelvlakken, en de robuuste vastlegging van de gegevens in de onderliggende registers. Aan Wouter vervolgens de taak om met de uitvoering van de backend aan de slag te gaan. Er was een overload aan gegevens, van bomenbestand, perceelgegevens en de Basisregistratie Grootschalige Topografie, tot luchtfoto’s en satellietdata. En niet allemaal direct bruikbaar. Het team heeft er voor gezorgd dat het bruikbaar werd. Door alle gegevens in een databestand samen te brengen. 'Handmatig bomen tellen op luchtfoto’s was uiteraard geen optie. Dus daarvoor hebben we een geautomatiseerd proces ontworpen. En dat voert aan de hand van parameters deze analyses uit', aldus Wouter. 'Daarbij heb ik voortdurend met data-analisten en data scientists van RVO samengewerkt. Want dit soort vraagstukken kun je niet in je eentje oplossen. Daarnaast was er ook nauw overleg met de GIS-leveranciers.'

Omgevallen boom

De uitdaging was niet alleen om een startbestand van zogeheten ‘reële objecten’ te produceren. Dit moest compleet en zonder eventuele dubbelingen zijn. Maar ook om updates en input te verwerken. Wouter: 'Voor een boom die inmiddels is omgekapt of omgevallen mag geen subsidie meer worden aangevraagd. Het bestand moet dus steeds worden geactualiseerd via synchronisatie met de verschillende databronnen. Daarnaast vormt het aanvinken door de boeren weer nieuwe data, de zogeheten ‘aangevraagde regelingsobjecten’. Ook die moeten worden opgeslagen zodat RVO uiteindelijk tot uitbetaling kan overgaan.” Het bouwen van de frontend van de applicatie en het laten landen in de infrastructuur werd weer overgedragen aan andere teams binnen DICTU. 'Het is super om een abstracte opdracht als ‘Bescherm het landschap’ vanuit de techniek mogelijk te maken. Want ook al zitten we op afstand, we dragen toch maar mooi bij aan de bescherming van allerlei dieren en planten.'

Ook werken bij DICTU?